SRF heeft een vertegenwoordiger in het EU-project BALOWIL, dat zich bezighoudt met offshore windenergie [Offshore Wind Park (OWP)]. Het project had dinsdag zijn tweede workshop in Tallinn. Er waren ongeveer 25 deelnemers uit de Baltische staten, Polen en Zweden, waarvan twee uit Zweden.
Het project wordt onder andere gefinancierd door de EU en het Swedish Institute and geleid door vijf onderzoeks- en ontwikkelingsorganisaties. Zij zijn AirClim [Het secretariaat Luchtverontreiniging en Klimaat, dat is een vereniging zonder winstoogmerk gerund door vier svenationale organisaties: veldbiologen, Friends of the Earth, de Nature Conservation Society en het World Wildlife Fund (WWF)], eigenaar van het project, en Green Liberty (Letland), Polish Wind Energy Association (Polen), The Environmental Centre for Administration en technologie (Litouwen), The Institute of Baltic Studies (Estland).
Het doel van het project is om innovatieve manieren te onderzoeken om OWP-actoren te betrekken bij samenwerking met lokale actoren voor de duurzame vestiging van offshore windenergie in de Oostzee. Het zijn vooral de landen rond de oostelijke Oostzee die het meest actief zijn.
Tijdens de vergadering werden de resultaten van de eerste workshop van het project en de voorstellen van het projectmanagement voor aanbevelingen om de oprichting van OWP te vergemakkelijken, gepresenteerd. Ze wijzen op drie belangrijke zorgen die van invloed zijn op vestiging: economische, sociale en milieukwesties. Het projectmanagement presenteerde deze zorgen en deed suggesties hoe hiermee om te gaan. De deelnemers werden vervolgens in twee groepen verdeeld om deze zorgen te bespreken en suggesties te doen hoe hiermee om te gaan. De discussies werden gedocumenteerd en zullen worden gebundeld en gedeeld met de deelnemers en opgenomen in het eindrapport van het project. Daarna kregen alle deelnemers vijf stemmen om te plaatsen op de vijf belangrijkste maatregelen om de oprichting van OWP te vergemakkelijken.
Een uitgebreid verslag met aanvullende documentatie komt wanneer de documentatie van de bijeenkomst onder de deelnemers is verspreid.